• Inleiding
• Ambitie
• Maatregelen
• Realisatie
• Meer info?
  

Inleiding

Als EPL-locatie is gekozen De Heuvel, een woonwijk uit de vijftiger jaren, met 3300 woningen, veelal in de sociale huursector. Van het bestand worden 800 woningen gesloopt en een hoeveelheid gerenoveerd. Daarnaast komen er 1100 nieuwe woningen bij. Een van de betrokken corporaties is Wonen Breda, eigenaar van 2000 woningen in de wijk. Frans Lemmens, coördinator Stedelijke Vernieuwing, belicht zijn dilemma in deze: “Wonen Breda werkt graag mee aan het terugdringen van CO₂-uitstoot. Wij experimenteren ook met zonne- en windenergie. Maar ja, wat stel je voorop als het erom spant, milieu of de klant? Mijn standpunt is dat het allemaal wel haalbaar en betaalbaar moet blijven, want onze huurders kunnen en willen niet elke huurverhoging accepteren.”

Ambitie

Om de EPL te kunnen berekenen - zowel in de bestaande als in de gewenste situatie - was een
inventarisatie van de bestaande bouwkundige, installatietechnische en infrastructurele gegevens
nodig. Daarnaast diende de gemeente vooraf een uitspraak te doen over haar ambitieniveau, in de
hoedanigheid van een ‘rapportcijfer’. Paul Paree: “In deze wijk lopen nieuwbouw en renovatie
straks naast elkaar. Voor nieuwbouw willen we het EPL-cijfer van 7 hanteren, voor bestaande
bouw dient uit studie de haalbaarheid te blijken van bijvoorbeeld een 6 (die qua energieprestatie
overeenkomt met een EPC van 1,0, de wettelijke minimumprestatie-eis voor nieuw te bouwen
woningen, red.). Maar we moeten nu eerst inzicht hebben in de mogelijkheden. Zo’n EPL-studie kan dat inzicht vergroten

Maatregelen

Het EPL-onderzoek onderscheidde elf verschillende woningtypen, met een EPL-score voor de bestaande situatie die varieerde van 1,7 tot 5,5. Uit de computer rolde een gemiddeld rapportcijfer van 3,0. Hoe nu in de toekomst aan het cijfer 6 te komen? Hiertoe zijn enkele pakketten van bouwkundige en installatietechnische verbetermaatregelen samen te stellen, al dan niet in combinatie met duurzamere energiedragers. De in deze pilot voorgestelde maatregelen waren HR⁺⁺-glas, extra spouw- en vloerisolatie, dakisolatie, kierendichting en vulpanelen. Het toe te passen installatieconcept bestond uit een HR 107 ketel en leidingisolatie. Deze maatregelen leiden samen al tot een EPL van 5,8, zo werd voorgerekend.

Door nu ook maatregelen buitenshuis te nemen, zoals door het toepassen van groene stroom, of groene stroom in combinatie met biogas, kan de EPL verder worden verhoogd. De onderzoekers rekenden enkele opties voor: bij 30 procent groene stroomgebruikers in de wijk komt de EPL voor de gehele wijk op 6,1; bij 65 procent groene stroomgebruik en 30 procent biogasgebruik wordt het cijfer 7,5. Bedacht moet worden dat het gebruik van groene stroom en/of biogas voornamelijk een beslissing van de individuele huurders is en mede afhangt van de beschikbaarstelling door het energiebedrijf, terwijl de maatregelen in de woningen voornamelijk een beslissing van eigenaar en huurder zijn.

De onderzoekers besloten met een reeks van aanbevelingen aan de betrokken partijen:

• Voer het relatief eenvoudige bouwkundige en installatietechnische maatregelenpakket uit;
• Onderhandel met het energiebedrijf over mogelijkheden van (gezamenlijke) inkoop van groene stroom;
• Maak een evenwichtige keuze tussen maatregelen in de woning en de duurzame invulling van energiedragers;
• Zoek naar een optimaal maatregelenpakket. De EPA-methodiek (EPA: Energie Prestatie Advies) is daarbij het uitgelezen hulpmiddel, omdat daarin kosten en baten- inclusief energiewinst, investeringspremies en terugverdientijden - kunnen worden berekend.
  

Realisatie

Deze EPL was, mede door tijdnood in het kader van de voorbeeldprojectstatus, tamelijk globaal van opzet. Paul Paree vindt het dan ook jammer dat hij op dit moment nog geen zicht heeft op de financiële haalbaarheid van verschillende opties via het instrument EPL-bb. Niet dat geld voor hem het enige doorslaggevende argument bij verduurzaming is: “Naast het kostenaspect noem ik altijd de comfortabele gevolgen en de milieuwinst van energiemaatregelen. Verbeterde woonkwaliteit is een sterk argument dat gebruikers en eigenaren/beheerders over de streep kan trekken.” Inmiddels gaf Breda opdracht om voor de verschillende deelgebieden van De Heuvel completere en meer gedetailleerde EPL’s op te stellen. Paree: “We willen nu per deelgebied onze ambities en mogelijkheden vaststellen.” Ook Frans Lemmens van Breda Wonen wacht op concretere resultaten, voordat hij zich aan nadere afspraken waagt: “Wij moeten maatregelen, kosten en terugverdieneffecten op een rijtje hebben. Wie weet kunnen we een deel van de beoogde maatregelen wel uitvoeren zonder een huurverhoging door te voeren. Mocht een huurverhoging onvermijdelijk zijn, kan ik bewoners misschien wel over de streep trekken door hen voor te rekenen hoe-veel geld ze in de toekomst op hun energiekosten besparen. En misschien kunnen we voordelige collectieve contracten met een energiebedrijf overeenkomen, waaruit we duurzame maatregelen kunnen financieren. Dan worden we een soort energiemakelaar. Ik bedoel maar: in principe is alles mogelijk, maar zicht op feiten is daarbij onmisbaar.”

Meer info?

Breda was een test gemeente voor het EPL-BB instrument. Op dit moment loopt er een oei traject. In een besluitvormingsproces wordt gebruik gemaakt van dit EPL-BB methodiek. Resultaten worden voor het eind van 2002 verwacht waar een betere beeld geschetst kan worden van de toekomstige energie voorziening van de Heuvel. Zodra de gegevens bekend zijn worden ze op deze site gezet.

Voor uitgebreide informatie over de De Heuvel te Breda verwijzen wij u naar dit document (1,3 MB, circa 4 minuten bij 56kbps) in pdf-formaat.